Nationaal evaluatierapport Erasmus+ gepubliceerd
De evaluatie van het programma Erasmus+ in Nederland is vanaf 8 oktober, 2024 gepubliceerd op de website van Rijksoverheid. Er wordt niet alleen teruggeblikt op de vorige programmaperiode (2014-2020), maar ook de huidige programmaperiode (2021-2027) wordt – tussentijds - geëvalueerd. De evaluatie is uitgevoerd door onderzoeksbureaus Ockham | IPS en SEOR in opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Positieve bijdrage Erasmus+ in Nederland
Uit de evaluatie komt naar voren dat de uitvoer van het programma in Nederland een positieve bijdrage heeft op de internationaliseringsstrategieën van deelnemende organisaties en het versterken van de competenties van staf, studenten, jongerenwerkers en jongeren.
Waardering voor proactieve benadering impact
De proactieve benadering van de twee Nederlandse Nationaal Agentschappen om de impact van het programma te vergroten wordt door deelnemers gewaardeerd, zo blijkt uit het rapport. Er is een breed scala van deelnemers uit alle verschillende sectoren bereikt. Dit is mede dankzij de inclusie- en diversiteitsstrategie, zo concluderen de onderzoekers.
Tevredenheid over programma en ondersteuning
De deelnemers zijn tevreden over zowel het programma als de ondersteuning vanuit de Nationaal Agentschappen. Ook een aantal innovaties en maatregelen om het aanvraagproces te vereenvoudigen wordt gewaardeerd. Denk aan de introductie van de Kleinschalige Partnerschappen, mobiliteiten voor volwassen leerders en de lumpsum-mogelijkheden voor KA2 (Partnerschappen).
Vier horizontale prioriteiten zeer relevant
Erasmus+ is uniek in de mogelijkheden die het programma biedt op zowel nationaal, regionaal en sectoraal niveau. Daarnaast worden zowel de doelstellingen als de vier prioriteiten, participatie, diversiteit en inclusie, digitalisering en Green Erasmus, gezien als erg relevant in de Nederlandse context. Deze prioriteiten liggen in lijn met de onderwerpen die erg belangrijk zijn voor de curricula en programma’s van onderwijs en training. Organisaties actief in het jongerenwerk geven daarnaast het belang van het programma aan in het bijdragen aan de kwaliteit van het jongerenwerk.
Vier aspecten om in de toekomst aan te werken
De vier verschillende punten waar de twee Nationaal Agentschappen de komende jaren aan kunnen werken, aldus het rapport, zijn:
- Het versterken van de impact van het programma, onder andere door het organiseren van netwerkbijeenkomsten.
- Het versterken van de inclusiviteit van Erasmus+. Naast het (blijven) ondersteunen van organisaties die met deze doelgroepen werken, kun je hierbij denken aan het bieden van passend aanbod van programmamiddelen voor aanvragende organisaties.
- Het verder vereenvoudigen van het programma.
- Meer richtlijnen bieden voor de implementatie van de prioriteiten in projecten. Hierbij is het van belang dat deze prioriteiten niet boven de centrale doelen van het programma gesteld worden. Verder is er behoefte aan duidelijke verwachtingen over de toepassing van deze prioriteiten in projecten.
Dit nationale evaluatierapport is onderdeel van een bredere Europese mid-term review van het programma Erasmus+. Op dit moment wordt een centrale meta-analyse naar de effectiviteit van het programma uitgevoerd op Europees niveau. De conclusies en aanbevelingen van deze analyse komen later dit jaar beschikbaar.