De + van Koningin Wilhelmina College
Open blik naar andere mensen en samenlevingen
Al jaren maken leerlingen van het Koningin Wilhelmina College (KWC) reizen naar het buitenland: Londen, Parijs, Venetië, Berlijn, Keulen, Boulogne, Malaga, Athene en Rome, om maar een greep te doen uit de rijke reisgeschiedenis van het KWC. Ook zijn er al vele jaren uitwisselingen en e-mailcontacten met verschillende Europese landen. Door alle opleidingen heen worden contacten met het buitenland gelegd en vinden uitwisselingen en/of andere internationale projecten plaats. Het KWC wil leerlingen voorbereiden op de toekomst door hen te betrekken bij Europese en internationale ontwikkelingen. Tjalling, Marit en Jeroen vertellen hun verhaal.
Kijk hier naar hun verhaal:
Het is geen vakantie, maar een andere leeromgeving. Je leert niet bewust, maar onbewust heel veel. Daar is Tjalling Smittenberg van overtuigd. Hij werkt als docent Aardrijkskunde en coördinator internationalisering en Global Citizen School aan het Koningin Wilhelmina College (KWC). ‘We hebben altijd een aantal projecten naast elkaar lopen. Van grotere projecten waarbij leerlingen met meerdere scholen uitwisselen tot jarenlange samenwerkingsverbanden waarbij hele klassen uitwisselen met een andere school.’
Globalisering en internationalisering zijn volgens hem twee verschillende dingen, maar als school vinden ze het belangrijk dat leerlingen meer leren dan alleen maar de vakken. ‘Je bent onderdeel van de maatschappij en een maatschappij heeft te maken met andere mensen en andere culturen. Hoe meer je leert van alle culturen, hoe meer je openstaat voor andere culturen en dat zorgt voor een betere maatschappij.’
Collega Jeroen Galama vindt lesgeven op een school waar globalisering en internationalisering belangrijk zijn, goed aansluiten bij wat hij denkt dat goed en waardevol is voor de ontwikkeling van leerlingen. ‘Ik denk dat de wereld erbij gebaat is dat wij jonge mensen verschillende perspectieven meegeven en verschillende ideeën over de wereld. Zodat ze een open blik hebben naar andere mensen en samenlevingen.’
Marit had best wat vooroordelen, vertelt ze. ‘Ik wist dat ze in Griekenland minder welvarend waren dan in Nederland. Ik dacht dat ik bij een arm gezin in een sloppenwijk zou komen. Ze hadden inderdaad niet alles en toch probeerden ze alles voor me te regelen. Ze waren zo aardig en probeerden voor mij zoveel uit de ervaring te halen. Je leeft in een kleine wereld. Nederland is al heel klein en je kent alleen maar dat. Door de uitwisseling van mijn school verruim je heel erg je blik op de wereld en op mensen.’
Zo’n uitwisseling kost best veel geld. Tjalling: ‘Door de bijdrage van Erasmus+ hoeven ouders minder te betalen en hierdoor is het wel of niet hebben van geld minder een issue. Je kunt de keuze maken omdat je het belangrijk vindt dat je kind meedoet. Geld hoeft geen belemmering te zijn. Het geeft ons veel meer mogelijkheden om wat we willen bereiken met ons internationaliseringprogramma voor nog meer leerlingen bereikbaar te maken.’